Hoeveel spoorfietsen gaan er rijden?
Gisteravond heeft de NFLS een korte toelichting gegeven aan de voltallige raad van de gemeente Dongeradeel over de stand van zaken en ontwikkelingen rondom het spoorfietsen.
Gisteravond heeft de NFLS een korte toelichting gegeven aan de voltallige raad van de gemeente Dongeradeel over de stand van zaken en ontwikkelingen rondom het spoorfietsen. Tijdens de raadbijeenkomst werden diverse vragen gesteld door de collegeleden over het spoorfietsgebeuren in de gemeente Dongeradeel. Een aantal vragen ging over een belangrijk onderdeel van het fietsen, namelijk de aantallen spoorfietsen en haar gebruikers.
Na afloop van de bijeenkomst vond ook nog een kort overleg plaats met de wethouders Albert van der Ploeg en Pytsje de Graaf over een brief van de gemeente aan het bestuur van de NFLS. Het vervolg van dit overleg moet resulteren in een strakkere oplijning met de gemeente om de procesgang van het project te verbeteren. Als onderdeel van deze benadering wordt 14 april a.s. een masterplan gepresenteerd voor de ANNO gemeenten, en wordt tevens een inventarisatie gemaakt om de procesgang meer vorm en inhoud te gegeven. De gemeente heeft aangeboden een gerenomeerde partij te benaderen om het onderzoek naar voornoemde processgang uit te voeren.
Dienstregeling
Het spoorfietsen vindt plaats op basis van een dienstregeling tussen twee of meerdere plaatsten. In Dongeradeel zou dit een tracé kunnen zijn tussen Dokkum en Metslawier, maar ook tussen Morra en Oostmahorn. In principe is elke verbinding tussen twee of meerdere plaatsen geschikt voor dit doel.
De spoorfietsers krijgen gelegenheid om in een tijdsbestek van twee uur van de ene naar de andere plaats te fietsen. De gemiddelde duur van zo’n tochtje is ongeveer 30 – 45 minuten. Aangekomen op een der bestemmingen heeft men dan minimaal één tot anderhalf uur de tijd om (toeristische) zaken te bekijken. Na twee uur kan men dan de spoorfiets terug nemen naar de locatie waarvan men vertrokken is. Zo het tracé langer is kan men er ook voor kiezen om door te fietsen naar een volgende bestemming (station). Indien men langer in een plaats wil blijven kan dat ook. In dat geval staat de dienstregeling het eenvoudig toe om als bezoeker (toerist) de laatste fiets terug te nemen. Ook het kopen van een retourtje of een enkele reis behoort tot de mogelijkheden. In wezen verschilt de opzet maar weinig met die van een dienstregeling voor treinen.
Het aantal spoorfietsen wat tegelijk over het spoor kan rijden is tamelijk beperkt. Vanwege het enkele spoor is er onderweg geen gelegenheid om elkaar te passeren. Zodoende zouden er bijvoorbeeld tussen Dokkum en Metslawier hooguit een 20 tal spoorfietsen kunnen worden ingezet. Gedurende het seizoen (april – oktober) zou dat bij een maximale bezetting van alle fietsen leiden tot zo’n 80 tot 100 spoorfietsbewegingen per dag. Bij een volledige bezetting per fiets (4 tot 5 personen) kunnen ongeveer maximaal 400 mensen een rit maken in één of beide richtingen tussen twee stations. Om het spoorfietsen ook toegankelijk te maken voor rolstoelgebruikers is het ontwerp van de Friese spoorfiets hierop aangepast.
Meer over het spoorfietsen in noordoost Friesland via de website van de NFLS www.dokkumerlokaaltje.com/toerisme-spoorfietsen
Stuur je tip, video of foto's naar:
0511-441202 of nieuws@rtvnof.nl.